Tradities en rituelen

Scoutsgroet en - handdruk

Formatie

De formatie, het aantreden in een U-vorm waarbij de rij leiding een vierkant maakt, is de manier waarop wij een scoutsactiviteit openen en sluiten. Dit gebeurt in tak of met de hele groep. Eenmaal in formatie klinkt de tak- of patrouillekreet. Daarna is het stil en geeft de leiding uitleg of informatie met daarna een kans voor de leden om zelf ook iets te melden of te antwoorden. Nadat de kreten nog eens geroepen zijn, verbreken we de formatie.

Een groepsformatie is een opening of sluiting met de hele scoutsgroep. Hierbij is de groepsleid(st)er of diens vertegenwoordiger aanwezig. Eenmaal in formatie roept deze "Damiaanscouts?!" waarop de groep antwoordt met "Paraat!" en het stil is. Daarna komen de takkreten of in het geval van kawellen de nestkreten en in het geval van de (jong)givers de patrouillekreten. Elke eerste zondag van de maand houden we een groepsopening in de Bosstraat. Verder komt een groepsformatie voor bij een activiteit voor de hele groep, zoals de slotvergadering naar zee.

Bij een sluiting geven we ook nog de scoutshanddruk en als we 's avonds sluiten zingen we nog het avondlied.

Avondlied

Het avondlied wordt door veel scoutsgroepen gezongen, maar is ook bekend bij Chiro en KSJ-KSA-VKSJ. Het orginele lied werd in 1919 voor het eerst gezongen en had als naam "Cantique des Patrouilles". De officiële Nederlandse vertaling is de volgende:

O Heer, d'avond is neergekomen,

de zonne zonk, het duister klom

De winden doorruisen de bomen

en verre sterren staan alom...

Wij knielen neer om u te zingen

in 't slapend woud ons avondlied.

Wij danken u voor wat we ontvingen,

en vragen, Heer, verlaat ons niet!

Knielen, knielen, knielen wij neder,

door de stilte weerklinkt onze beê

Luist'rend, fluist'rend, kruinen mee

en sterren staren teder.

Geef ons Heer, zegen en rust en vreê.

Wij zingen echter een lichtelijk andere versie. Wat wij anders zingen staat in het vet.

O Heer, d'avond is neergekomen,

de zonne zonk, het duister klom

De winden doorruisen de bomen

en verre sterren staan alom...

Wij knielen neer om u te zingen

in 't slapend woud ons avondlied.

Wij danken u voor wat we ontvingen,

en vragen, Heer, verlaat ons niet!

Scouts en leiding knielen wij neder,

door de stilte weerklinkt onze beê

Luist'rend, fluist'rend, kruinen mee

en verre sterren staren teder.

Geef ons Heer, zegen en rust en vreê.

Er zijn ook enkele zaken die soms fout gezongen worden. De "zonne zonk" en "zong" niet, net zoals "het duister klom" en niet "klonk". "Ruisende bomen" bestaan ook niet. We zingen "de winden doorruisen de bomen". Nog een verspreking is "ons gebee" (gebed), wat onze "onze beê" (bede) diet te zijn. "Luist'rend, fluist'rend, kruinen mee" is ook een moeilijke regel die vaak foutief als "(F)luist'ren(d), (F)luist'ren(d), (f)luist'ren(d) mee" wordt gezongen. Tot slot geven we nog mij dat het "sterren staren teder" is en niet "sterren staan al teder".

Traditioneel klinkt ook altijd een volmondig "slaapwel!" na het zingen van het avondlied, omdat dit ritueel na de sluiting op een avond, vaak ook betekent dat iedereen naar bed gaat.

Overgang

Belofte

Totemisatie

Bij de totemisatie zingen wij, in een kring rond het kampvuur, het totemlied wanneer de totemisant rond het vuur loopt. Dit totemlied heeft geen bekend herkomst voor ons en vinden we ook nergens terug bij andere scoutsgroepen. Het is uniek aan onze groep.

"Bij de Grote Manitou, de machtige Sachem, krijg je voor altijd een prachtige totem. 't Is groter dan een beer... 't Is kleiner dan beer... 't Is... 't Is... 't Is..."

Dit lied wordt vaak enkele keren herhaald en wanneer de Grote Manitou het tijd acht om de totemnaam bekend te maken roep hij de totemnaam uit nadat de aanwezigen minstens drie keer "'t Is..." gezegd hebben.

De totemisant krijgt mag in onze groep nu de scoutsgroet met drie vingers gebruiken en geeft zijn of haar leiding die de totem hebben gegeven een scoutshanddruk. Daarna ontvangt hij of zij een totembolletje met daarop de totemnaam en een papier met daarop de beschrijving van de totem uit het totemboek.

Ter aanvaarding van de totemnaam roept de getotemiseerde zijn of haar nieuwe totemnaam in de vier windstreken met het totembolletje en papier in zijn horizontaal gestrekte arm.